In de handhavingsuitspraak van 7 december 2016, ECLI:NL:RVS:2016:3277, komt de vraag aan de orde of een onherroepelijke (bouw-)omgevingsvergunning kan worden gewijzigd door het afstempelen van revisietekeningen. Daarbij ging het volgens het college van B&W om ondergeschikte wijzigingen van de omgevingsvergunning.
Tegen de wijziging van de vergunning was bezwaar gemaakt, en de afwijkingen ten opzichte van de oorspronkelijke vergunning waren ook onderdeel van een handhavingskwestie (waarbij het college had geweigerd handhavend op te treden). In die kwestie komt deze vraag nu aan de orde, en de Afdeling oordeelt dan als volgt.
Onder verwijzing naar de uitspraak van 19 november 2014, ECLI:NL:RVS:2014:4168, overweegt de Afdeling dat, indien er sprake is van een onaantastbare omgevingsvergunning (hetgeen in dit geval zo was), een wijziging van de bouwaanvraag niet meer aan de orde kan zijn. De Afdeling merkt de afstempeling van de revisietekening vervolgens aan als een mededeling van het college dat voor het gewijzigde bouwplan geen omgevingsvergunning is vereist, omdat de beoogde wijzigingen kunnen worden aangemerkt als veranderingen van een bouwwerk als bedoeld in artikel 3, aanhef en achtste lid, van bijlage II van het Bor. De Afdeling beoordeelt of de wijzigingen inderdaad vergunningvrij zijn, en komt tot de conclusie dat dit (deels) niet zo is. Het college zal dan ook in zoverre opnieuw moeten bezien of er reden is om handhavend op te treden.