6 maart 2020
Bestemmingsplan “Bedrijventerrein De Hurk-Croy 2017”, AbRvS 20 februari 2020 (ECLI:NL:RVS:2020:621). Bepaalde woonboten in Eindhoven moesten per 1 januari 2018 worden beschouwd als bouwwerk waarvoor een omgevingsvergunning als bedoeld in de artikelen 2.1, eerste lid, onderdelen a, c of d is verleend (inclusief het gebruik als woonboot, zie ECLI:NL:RVS:2018:2577). Dat moest op grond van de Wet verduidelijking voorschriften woonboten (Wvvw) (artikel 8.2a, lid 2, Wabo), die op die datum in werking trad.
De gemeenteraad van Eindhoven was zich daar waarschijnlijk niet van bewust geweest, want hij stelde vlak voor 1 januari 2018 een bestemmingsplan vast waarin de woonboten onder persoonsgebonden overgangsrecht werden gebracht. Het plan trad in werking ná die datum. Al voor die datum kon de raad volgens de Afdeling weten van de toen nog aanstaande Wvvw: die had al in het Staatsblad gestaan en de betrokkenen hadden erop gewezen in hun zienswijzen. Kortom, de keuze van persoonsgebonden overgangsrecht is hier onzorgvuldig voorbereid en onvoldoende gemotiveerd.
In de uitspraak komen nog veel meer zaken aan de orde. De raad heeft in het plan veel zaken anders geregeld dan beoogd. Dat leidt tot het standaardoordeel dat het plan niet met de vereiste zorgvuldigheid is voorbereid. Interessant is daarbij dat voor de bedoeling van de raad in de uitspraak vaak wordt verwezen naar wat door hem (althans zijn gemachtigden) ter zitting is verklaard. Weet dus dat aan verklaringen ter zitting in zulk soort gevallen juridische consequenties kunnen zitten!
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Rob