De uitspraak van de AbRvS van 23 mei 2018, ECLI:NL:RVS:2018:1697 gaat over een vergunning van 7 juni 2016 waarbij het algemeen bestuur een omgevingsvergunning heeft verleend voor het verbouwen en vergroten van het gebouw Spuistraat 210-212 te Amsterdam (hierna: het Bungehuis) tot restaurant, hotel, bar en clubgedeelte (hierna: het Soho House). Het Soho House is een internationaal hotelconcept dat de leden, die allen werkzaam zijn in de creatieve industrie, de gelegenheid biedt om elkaar te ontmoeten, ideeën uit te wisselen, te werken, te sporten en te ontspannen. Het Soho House bestaat als complex uit verschillende faciliteiten voor haar leden, zoals een filmkamer, een werkruimte met bibliotheek, een gym en fitness en een zwembad, en een hotel met 79 kamers, als ook een bar, restaurant en wellnesscentrum. Het algemeen bestuur heeft gesteld dat naar aanleiding van een verzoek om aanpassing van de verleende omgevingsvergunning heeft het algemeen bestuur een omgevingsvergunning met afwijking ex artikel 2.12, eerste lid, aanhef en onder a, onder 2°, van de Wabo in samenhang met artikel 4, aanhef vierde en negende lid, van Bijlage II van het Bor is verleend om op het dak een dakterras, zwembad met kleedruimten en bijbehorende horeca te realiseren. De rechtbank deelt deze mening niet en stelt dat uit het besluit niet duidelijk volgt dat de afwijking op grond van art. 4 onderdeel 4 bijlage II Bor ook zou zijn verleend.
Nu het bouwplan ook voorziet in een uitbreiding van de bebouwde oppervlakte en het bouwvolume was het algemeen bestuur niet bevoegd tot et verlenen van een afwijking als bedoeld in art. 4 onderdeel 9 bijlage II Bor. De Afdeling volgt de rechtbank in dit oordeel. Maar gaat in het kader van finale geschilbeslechting uit van de situatie dat het algemeen bestuur voor het bouwplan ook omgevingsvergunning zou hebben verleend op grond artikel 4, aanhef en vierde lid, van Bijlage II van het Bor. Voor het gebruik van het gebouw ten behoeve van de hotelfunctie, de bar en het restaurant op de begane grond is een afwijking vergund met toepassing van artikel 4, aanhef en negende lid, van bijlage II van het Bor. De uitbreiding van het gebouw op het dak die tot een toename van de bebouwde oppervlakte en het bouwvolume leidt is vergund met een afwijking op grond van artikel 4, aanhef en vierde lid, van bijlage II van het Bor. Naar het oordeel van de Afdeling kon het algemeen bestuur in het onderhavige geval tegelijkertijd een omgevingsvergunning verlenen voor het gewijzigde gebruik van een gedeelte van het gebouw en voor een uitbreiding van dat gebouw. De zinsnede “eventueel in samenhang met bouwactiviteiten die de bouwoppervlakte of het bouwvolume niet vergroten” in artikel 4, negende lid, van het Bor heeft naar het oordeel van de Afdeling alleen betrekking op bouwactiviteiten waarvan het gebruik met toepassing van artikel 4, aanhef en negende lid, wordt vergund en niet op bouwactiviteiten die met toepassing van artikel 4, aanhef en vierde lid, worden vergund.
Voor meer informatie over deze uitspraak kunt u contact opnemen met Janike