In de onderhavige zaak werd verzoeker om een tegemoetkoming in de planschade passieve risicoaanvaarding verweten. Daarbij stelde het college van burgemeester en wethouders van Aalsmeer zich op het standpunt dat de (plan)schade, die bestond uit het vervallen van een bestaande bouwmogelijkheid, door verzoeker was aanvaard omdat hij niet tijdig van de bestaande bouwmogelijkheid gebruik had gemaakt.
Anders dan het college en de rechtbank is de Afdeling van oordeel dat van passieve risicoaanvaarding geen sprake is (AbRvS 27 mei 2015, 201310013/1/A2). Daartoe verwijst de Afdeling naar de Ontwikkelingsvisie Aalsmeer van de gemeente. In deze Ontwikkelingsvisie is het perceel van verzoeker aangewezen als ‘Toekomstig woongebied’ en ‘Reservering woongebied’. Deze Ontwikkelingsvisie was voor verzoeker niet ongunstig. Dat de aanduiding woongebied in de Ontwikkelingsvisie niet alleen ziet op woningbouw, maar ook op wegen en openbaar groen, doet daaraan volgens de Afdeling niet af.
Als gevolg van het nieuwe bestemmingsplan zijn op het perceel van verzoeker slechts bijgebouwen en wegen toegestaan. Gelet op de Ontwikkelingsvisie waren de voorteken van deze – voor verzoeker nadelige planologische wijziging – niet af te leiden uit de Ontwikkelingsvisie. Verzoeker heeft de voor hem nadelige planologische wijziging dan ook niet aanvaard.
Voor meer informatie over deze uitspraak kunt u contact opnemen met Ineke.