Skip to main content

Bouwstop en overtreding van geringe aard?

In de uitspraak van 29 augustus 2018 (ECLI:NL:RVS:2018:2834) overweegt de Afdeling dat bij de toepassing van de in artikel 5.17 Wabo neergelegde bevoegdheid om bouwwerkzaamheden stil te leggen (een bouwstop), niet hoeft te worden onderzocht of de bouw gelegaliseerd kan worden. Dat is een bekende lijn in de rechtspraak. Dat laat onverlet dat bij de toepassing van deze bevoegdheid nog wel een belangenafweging moet plaatsvinden, zij het dat het slechts een beperkte belangenafweging hoeft te zijn, gelet op het feit dat een bouwstop een ordemaatregel is.

Bij deze belangenafweging kan – indien een bouwstop wordt opgelegd in verband met afwijkingen in de bouw ten opzichte van een verleende omgevingsvergunning – een rol spelen dat de afwijkingen slechts als een overtreding van geringe aard moet worden beschouwd. Dat daarvan niet snel sprake is, is bekend. Uit deze uitspraak blijkt dat een overschrijding van de toegestane bouwhoogte van de begane grondvloer met 10 centimeter in dit geval geen overtreding van geringe aard is. Het college hoefde dan ook niet af te zien van het opleggen van een bouwstop.

Voor meer informatie over deze uitspraak kunt u contact opnemen met Monique