Skip to main content

Verleende omgevingsvergunning niet altijd vertalen in bestemmingsplan

Op 14 mei 2014 heeft de ABRS uitspraak gedaan over een bestemmingsplan dat voorziet in een maatschappelijk bestemming nabij een bedrijf voor reparatie en verkoop van landbouwmachines (201308863/1/R3). Het bedrijf komt op tegen het bestemmingsplan, omdat de bebouwing binnen de maatschappelijk bestemming volgens haar op een te korte afstand van het bedrijfsperceel kan worden gebouwd, welke afstand bovendien niet voldoet aan de VNG-brochure. Het bedrijf vreest voor beperkingen in de bedrijfsvoering. De raad stelt hiertegenover dat de afstanden van de VNG-brochure niet konden worden toegepast, omdat de ontwikkeling al onder het vorige bestemmingsplan was toegestaan en er inmiddels een omgevingsvergunning is verleend voor een woonvoorziening voor chronisch drugsverslaafden.

De ABRS overweegt allereerst dat een rechtsgeldige bouwvergunning een bestaand recht is, waaraan bij de vaststelling van een bestemmingsplan in beginsel niet voorbij kan worden gegaan. Toch kan er naar het oordeel van de ABRS onder omstandigheden aanleiding bestaan een verleende vergunning niet in het bestemmingsplan te vertalen. Ook het feit dat in het vorige plan dezelfde bestemming met vergelijkbare bouwmogelijkheden waren toegekend, betekent niet dat voorbij kan worden gegaan aan de mogelijke gevolgen van het opnieuw toekennen van die mogelijkheden voor de bedrijfsvoering van anderen. De ABRS concludeert dat de raad onvoldoende heeft onderzocht of in redelijkheid een doorslaggevend belang kan worden toegekend aan het vasthouden aan de vorige bouwmogelijkheden en aan de op basis van dat vorige plan verleende (maar nog niet onherroepelijke) omgevingsvergunning.