Splitsing bouwplan en vergunningvrij op tekening
10 maart 2018
De uitspraak van de AbRvS van 28 februari 2018, ECLI:NL:RVS:2018:699 had u nog van ons te goed. De uitspraak is opgenomen vanwege de overwegingen over de splitsing van een bouwplan. Ook lezenswaardig zijn de overwegingen over de wijze waarop vergunningvrije onderdelen van een bouwplan op een aanvraag kunnen worden vermeld. Om maar met het laatste te beginnen. De Afdeling overweegt dat een aanvrager ervoor kan kiezen om de vergunningvrije delen van een bouwplan niet op de tekeningen behorende bij een aanvraag op te nemen. Als de vergunningvrije onderdelen wel in een aanvraag zijn opgenomen, moet uit de aanvraag onmiskenbaar blijken welke onderdelen vergunningvrij zijn. Dit gelet op de rechtszekerheid van derden en om achteraf te kunnen bepalen wat het oorspronkelijke hoofdgebouw is. In deze aanvraag zijn de vergunningvrije onderdelen voldoende duidelijk weergegeven. De onderdelen die geen deel van de aanvraag uitmaken zijn gearceerd, waarbij is vermeld dat deze onderdelen ‘vergunningvrij’ zijn. Deze arcering is nauwkeurig en niet voor meerdere uitleg vatbaar. Dan de andere discussie. Een deel van de keuken is op de tekening als vergunningvrij bouwwerk opgenomen een ander deel is vergunningplichtig.
Uit de bouwtekening volgt dat de keuken één ruimte is, die niet op enige wijze functioneel en bouwkundig is te onderscheiden in twee afzonderlijke onderdelen. Volgens appellant vormt dit geen probleem. Uit de Nota van Toelichting bij de wijziging van artikel 2, aanhef en derde lid, van bijlage II van het Besluit omgevingsrecht (hierna: het Bor; Stb 2014, 333, blz. 35-36), blijkt volgens appellant dat de wetgever heeft beoogd splitsing van een bouwplan in een vergunningplichtig en een vergunningvrij deel mogelijk te maken, ook als deze delen functioneel en bouwkundig niet van elkaar te scheiden zijn. De Afdeling overweegt dat deze passage betrekking heeft op een wijziging van artikel 2, aanhef en derde lid, van bijlage II van het Bor waarbij ook de uitbreiding van een bijbehorend bouwwerk onder de reikwijdte van deze bepaling is gebracht.
In dit bouwplan is echter geen uitbreiding van een bijbehorend bouwwerk aan de orde, maar een hoofdgebouw dat wordt uitgebreid met een aanbouw, die op zichzelf als bijbehorend bouwwerk kan worden aangemerkt. Reeds daarom is dit geen argument om terug te komen op de vaste jurisprudentie die inhoudt dat splitsing van een bouwplan dat uit verschillende onderdelen bestaat in beginsel niet mogelijk is. Een bouwplan kan alleen worden gesplitst indien het bestaat uit onderdelen die in functioneel en bouwkundig opzicht van elkaar kunnen worden onderscheiden, zie bv AbRvS 5 juli 2017, ECLI:NL:RVS:2017:1770.
Voor meer informatie over deze aanvraag kunt u contact opnemen met Janike