22 mei 2020
Op 20 mei 2020 is er nog een tweede uitspraak gedaan waarin het endotoxinetoetsingskader centraal stond. Een appellant wil zijn pluimveehouderij uitbreiden, maar krijgt daarvoor geen ruimte in het bestemmingsplan ‘Buitengebied Heeze-Leende 2017’. De raad wijst erop dat de afstand waarbinnen de advieswaarde voor endotoxinen van de Gezondheidsraad van 30 EU/m3 wordt overschreden door de gewenste uitbreidingssituatie wordt vergroot. Volgens de gemeenteraad is sprake van ontoelaatbare gevolgen voor de volksgezondheid op basis van de ‘Notitie handelingsperspectieven Veehouderij en Volksgezondheid’ (hierna: het endotoxinekader).
Wat vindt de Afdeling?
Het effect dat nabijgelegen veehouderijen op de volksgezondheid kunnen hebben, is een mee te wegen belang bij de vaststelling van een bestemmingsplan (vgl. ECLI:NL:RVS:2017:3435).
En er is niet met een eenduidige wettelijke regeling bepaald op welke wijze bestuursorganen de mogelijke gevolgen van de emissie van endotoxinen bij veehouderijen in hun besluitvorming moeten betrekken (vgl. ECLI:NL:RVS:2018:2395). Het is aan het bestuursorgaan om bij het besluit over vergunningverlening te bepalen welke maatregelen bij endotoxinen in het belang van de bescherming van het milieu nodig zijn, waarbij het bestuursorgaan beoordelingsruimte heeft. Een vergelijkbare ruimte komt de raad in het kader van een goede ruimtelijke ordening toe bij de vaststelling van een bestemmingsplan.
De gemeenteraad kon hier in redelijkheid verwijzen naar het endotoxinekader. Daarbij acht de Afdeling van belang dat de raad een eigen ruimtelijke afweging heeft gemaakt over de uitbreidingsplannen en zekerheidshalve, gezien de mogelijke gezondheidsrisico’s als gevolg van de uitstoot van endotoxinen, bij nieuwe ontwikkelingen het endotoxinekader als toetsingskader hanteert. AbRvS 20 mei 2020, ECLI:NL:RVS:2020:1265.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Rob