Al vaker heeft de AbRvS geoordeeld dat er in beginsel geen sprake meer is van procesbelang bij een oordeel over de vraag of een evenementenvergunning verleend had moeten worden als het evenement al heeft plaatsgevonden (zie bijvoorbeeld AbRvS 23 januari 2019, ECLI:NL:RVS:2019:164). Dat kan anders zijn indien nieuwe besluitvorming aannemelijk is, bijvoorbeeld bij een jaarlijks terugkerend evenement (zie bijvoorbeeld AbRvS 30 augustus 2017, ECLI:NL:RVS:2017:2310).
In de uitspraak van 4 november 2020 (ECLI:NL:RVS:2020:2640) speelt een situatie waarin appellant de gemeente had gemeld een besloten feest te zullen organiseren. Dit was volgens de gemeente in strijd met het bestemmingsplan, waarop een preventieve last onder dwangsom werd opgelegd. Deze was aanleiding voor appellant om het feest niet door te laten gaan. In de procedure over het dwangsombesluit komt dan vervolgens de vraag aan de orde of er nog wel sprake is van procesbelang.
De Afdeling overweegt daarover dat het bij een preventieve last onder dwangsom van belang is dat het procesbelang niet wordt aangetast doordat de belanghebbende onder druk van het besluit heeft toegegeven (zie ook AbRvS 30 mei 2018, ECLI:NL:RVS:2018:1732). In dit geval is de festiviteit onder druk van het besluit geannuleerd. Aannemelijk is dat daardoor omzetverlies is geleden. Bovendien is appellant van plan vaker dit soort feesten te geven. Er is gelet hierop volgens de Afdeling in dit geval nog wel degelijk sprake van procesbelang. Dat de last inmiddels is ingetrokken doet er niet aan af dat er belang bestaat bij het verkrijgen van een rechtmatigheidsoordeel.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Monique