In planschadezaken wordt door verzoekers regelmatig een deskundig tegenadvies overgelegd. Deze tegenadviezen treffen zelden doel. In de tussenuitspraak van de AbRvS van 5 november 2014, nr. 201401785/1/A2, leidt het tegenadvies wél tot scheuren in het besluit van het college. Wat was er aan de hand?
De door de gemeente ingehuurde planschadeadviseur had de waarde van de onroerende zaak, onder het oude planologische regime, begroot op € 365.000,-. Daarnaast had hij agrarische grond getaxeerd op een bedrag van € 20,- per m2. De (tegen)deskundige had de onroerende zaak gewaardeerd op € 405.000,- en de agrarische grond op € 25,- per m2. Voor de waardering van de onroerende zaak had de (tegen)deskundige aansluiting gezocht bij de koopsom die, 6 jaar eerder, € 417.500,- bedroeg. Voor de waarde van de agrarische grond had de (tegen)deskundige referentietransacties overgelegd.
In de tussenuitspraak stelt de AbRvS voorop dat een bestuursorgaan zijn besluit in beginsel mag baseren op een advies van een door het bestuursorgaan benoemde deskundige, indien uit dat advies blijkt welke feiten en omstandigheden aan de conclusies ten grondslag zijn gelegd en deze conclusies begrijpelijk zijn, tenzij er concrete aanknopingspunten voor twijfel aan de juistheid om volledigheid ervan bestaan. In het onderhavige geval komt de AbRvS tot de conclusie dat er voldoende concrete aanknopingspunten zijn voor twijfel aan de juistheid van het advies. Ten aanzien van de koopsom had de deskundige opgemerkt dat daaraan geen doorslaggevende betekenis mocht worden toegekend, omdat de aankoop mogelijk een speculatief karakter had. Dit speculatieve karakter kon de planschadeadviseur echter niet nader onderbouwen. De grondwaarde kon de planschadeadviseur ook niet nader inzichtelijk maken.
De AbRvS komt tot de conclusie dat het college van B&W het advies van de planschadeadviseur onder deze omstandigheden niet aan het bestreden besluit ten grondslag had mogen leggen. De AbRvS wijst een tussenuitspraak, waarin zij het college van B&W opdraagt om met inachtneming van de uitspraak.