In AbRvS 4 oktober 2017, ECLI:NL:RVS:2017:2648 was de vraag aan de orde wat het moment is om te bepalen of iemand (nog) procesbelang heeft.
Hier ging het om de afwijzing van een verzoek om handhaving ten aanzien van het gebruik van panden voor tijdelijke opvang en begeleiding van alleenstaande minderjarige asielzoekers. Volgens de rechtbank kwalificeerde deze vorm van bewoning in dit geval als short stay, en dus als gebruik in strijd met de ter plaatse geldende woonbestemming. De rechtbank droeg het college vervolgens evenwel niet op om alsnog handhavend op te treden, omdat de panden inmiddels niet meer voor deze vorm van huisvesting werden gebruikt.
Die omstandigheid had volgens de Afdeling bij de rechtbank echter de vraag moeten oproepen of bij het beroep (van verzoeker om handhaving) nog wel procesbelang bestond. Deze vraag moet volgens de Afdeling immers worden beoordeeld aan de hand van de feiten en omstandigheden zoals die uiterlijk op de zitting in beroep of, als hoger beroep is ingesteld, hoger beroep bekend zijn geworden. In dit geval stond al tijdens de zitting bij de rechtbank vast dat geen sprake meer was van strijdig gebruik. De rechtbank had niet onderkend dat bij de beoordeling van het beroep geen procesbelang meer bestond.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Monique