In de uitspraak van de AbRvS van 11 februari 2015, nr. 201404349/1/A1, komt de vraag aan de orde of immateriële schadevergoeding alleen kan worden vergoed als is gebleken dat het uitblijven van een besluit heeft geleid tot spanning en frustratie bij een burger. Het college van Hilvarenbeek is door de rechtbank veroordeeld tot het betalen van immateriële schadevergoeding van € 1.500,00. Het college voert in hoger beroep aan dat de burger geen immateriële schade heeft geleden als gevolg van de overschrijding van de redelijke termijn. Volgens het college heeft het uitblijven van het besluit niet tot spanning en frustratie bij de burger geleid. De Afdeling stelt dat dat bij overschrijding van de redelijke termijn, spanning en frustratie worden verondersteld aanwezig te zijn. De Afdeling verwijst naar haar uitspraak van 22 mei 2013 (nr. 201208725/1/A1) en de uitspraken van het EHRM, waaronder die van 29 maart 2006, Pizzati tegen Italië, (nr. 62361/00, JB 2006, 134).
Voor meer informatie over deze uitspraak kunt u contact opnemen met Janike.