In de uitspraak van de AbRvS van 14 januari 2015, nr. 201404839/1/A4, staat de afwijzing van een verzoek om handhaving ten aanzien van het bouwen van sleufsilo’s ter discussie. Aanvankelijk stond het ter plaatse geldende bestemmingsplan op basis va neen specifieke aanduiding de bouw van dergelijke sleufsilo’s buiten het bouwvlak toe. Dit bestemmingsplan werd echter, voor zover het de functieaanduiding betrof, door de Afdeling in 2013 vernietigd. Desondanks heeft vergunninghouder alsnog sleufsilo’s buiten het bouwvlak opgericht. Dit resulteerde in een verzoek om handhaving.
Inmiddels lag een nieuw ontwerpbestemmingsplan ter inzage. Het college wijst het verzoek om handhaving dan ook af, op basis van een concreet zicht op legalisering. De rechter in eerste aanleg gaat niet mee in de redenering van het college. Het college gaat in hoger beroep en houdt vol dat sprake was van concreet zicht op legalisering, nu het ontwerpbestemmingsplan aan het betreffende perceel opnieuw de functieaanduiding toekent die het oprichten van sleufsilo’s buiten het bouwvlak mogelijk maakt.
Voor wat betreft de vraag of sprake is van concreet zicht op legalisatie overweegt de Afdeling standaard dat dan ten minste vereist is dat er een ontwerp ter inzage ligt, waarbinnen de illegale situatie past. Concreet zicht op legalisering is er niet indien op voorhand duidelijk is dat het ontwerpbestemmingsplan geen rechtskracht zal verkrijgen.
In deze zaak brengt dit de Afdeling tot de conclusie dat dat de rechtbank er ten onrechte van uit is gegaan dat geen concreet zicht op legalisering bestond. Daarbij acht de Afdeling het van belang dat het aanvankelijke bestemmingsplan vanwege een zorgvuldigheidsgebrek is vernietigd en dat niet is uitgesloten dat dit gebrek in een nieuw ontwerpbestemmingsplan wordt hersteld. Aan het nieuwe ontwerpbestemmingsplan ligt een nader onderzoek en een nadere motivering ten grondslag liggen. Voor de Afdeling wordt dit alles niet anders doordat de functieaanduiding niet op de verbeelding van Ruimtelijkeplannen.nl is te zien. Het is niet op voorhand duidelijk dat het ontwerpbestemmingsplan geen rechtskracht zal verkrijgen, zodat het beroep op concreet zicht op legalisering slaagt. Het college mocht in dit geval van handhaving afzien.
Voor meer informatie over deze uitspraak kunt u contact opnemen met Monique.