Onrechtmatige overheidsdaad. De Golfbaan die er niet kwam
30 april 2021
In de jaren ’90 van de vorige eeuw waren zeven gelieerde rechtspersonen, hierna aangeduid als T.S. Agro, van plan om een nieuwe golfbaan te stichten in de gemeente Hendrik-Ido-Ambacht. Het gemeentebestuur heeft daarvoor een bestemmingsplan vastgesteld en de benodigde vergunningen verleend. Het vaststellingsbesluit en de vergunningen zijn in 1995/1996 vernietigd. T.S. Agro is vervolgens voor het anker ‘schadevergoeding’ gaan liggen. T.S. Agro is een civiele procedure gestart, die eindigde in een vaststellingsovereenkomst, die overigens later weer is ontbonden. In 2015 heeft T.S. Agro aan het college gevraagd om een zuiver schadebesluit te nemen. Het verzoek om een zuiver schadebesluit is buiten behandeling gesteld, omdat T.S. Agro niet als belanghebbende aangemerkt zou kunnen worden. In de uitspraak AbRvS 28 april 2021, ECLI:NL:RVS:2021:905, gaat het over het zuiver schadebesluit, althans de buitenbehandelingstelling daarvan.
De Afdeling trapt de inhoudelijke beoordeling af met een ambtshalve gegrondverklaring van het beroep. De rechtbank heeft zich ten onrechte bevoegd verklaard om te oordelen over het besluit. Onder verwijzing naar het overgangsrecht bij de Wet nadeelcompensatie en schadevergoeding bij onrechtmatige besluiten (Wsn) concludeert de Afdeling dat in dit geval het oude recht van toepassing is. De onrechtmatige besluiten zijn namelijk genomen voor inwerkingtreding van de Wsn. Dit betekent in dit concrete geval dat tegen het schadebesluit beroep in eerste en enige aanleg bij de Afdeling openstaat, en dus niet beroep bij de rechtbank.
Verder zijn vermeldenswaardig de overwegingen over de belanghebbendheid in relatie tot de buitenbehandelingstelling. Het college heeft gesteld dat op grond van titel 8.4 Awb een verzoek om schadevergoeding uitsluitend kan worden ingediend door een belanghebbende bij een schadeveroorzakend besluit. T.S. Agro was dit niet, aldus het college, omdat de vergunningen waren verleend aan Stichting Golfbaan De Peeregaard, een van de andere betrokken rechtspersonen. De Afdeling oordeelt nogmaals dat in casu titel 8.4 toepassing mist. Onder het oude recht kon T.S. Agro in beginsel als belanghebbend worden aangemerkt, omdat zij gemotiveerd heeft gesteld schade te hebben geleden als gevolg van de vernietigde vergunningen. Het verzoek om schadevergoeding van T.S. Agro was dus ten onrechte buiten behandeling gesteld door het college.
Uiteindelijk kan dit T.S. Agro niet baten. De AbRvS concludeert dat de rechtsvordering van T.S. Agro is verjaard, omdat er meer dan 5 jaar zijn verstreken sinds T.S. Agro bekend is geworden met de schade en de daarvoor aansprakelijke persoon (artikel 3:310, lid 1 BW). Van stuiting van de verjaringstermijn is geen sprake. De civielrechtelijke overwegingen over de verjaring zijn ook lezenswaardig.
Voor meer informatie over deze uitspraak kunt u contact opnemen met Ineke