De Afdeling hanteert als uitgangspunt dat het enkele feit dat gedeeltelijk aan een last onder dwangsom is voldaan, onvoldoende is om te moeten concluderen dat geheel of gedeeltelijk van invordering moet worden afgezien. Ook indien gedeeltelijk aan de last is voldaan, kan dus in beginsel tot invordering van de volledige dwangsom worden overgegaan. Dit blijkt bijvoorbeeld uit AbRvS 18 maart 2020 (ECLI:NL:RVS:2020:802).
De uitspraak van 25 augustus 2021 (ECLI:NL:RVS:2021:1905) laat evenwel zien dat geheel invorderen onder omstandigheden toch onredelijk kan zijn. In deze uitspraak ging het om een last die zag op vier overtredingen van het Bouwbesluit. In de last was voor deze vier overtredingen niet een aparte dwangsom opgenomen. Daarentegen was gekozen voor één dwangsom die ineens zou verbeuren als de vier overtredingen niet voor het einde van de begunstigingstermijn ongedaan zouden zijn gemaakt. Binnen de termijn was 1 overtreding beëindigd en was aan een tweede overtreding deels een einde gemaakt. De andere overtredingen zijn kort na het verstrijken van de termijn opgelost. Er was bovendien een reden voor het niet tijdig voldoen, hetgeen te maken had van onjuiste werkzaamheden door een ingeschakelde installateur. De overtreder had zich ingespannen om het alsnog snel voor elkaar te krijgen
Onder al deze omstandigheden oordeelt de Afdeling dat het college niet heeft kunnen overgaan tot het invorderen van de gehele dwangsom die was opgenomen voor alle overtredingen.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Monique