In de uitspraak van AbRvS van 4 februari 2015, nr. 201405317/1/A4 herhaalt de Afdeling de lijn die zij in de uitspraak van 21 januari 2015 heeft uiteengezet (zie AbRvS van 21 januari 2015, 201311011/1/A4, opgenomen in de Omgevingsflits nr. 30). Deze uitspraken zien op de zogenoemde Tegelen-jurisprudentie. Ook in de uitspraak van deze week herhaalt de Afdeling dat deze Tegelen-jurisprudentie alleen ziet op het geval dat het nieuwe, na het besluit op bezwaar vernietigde, bestemmingsplan de desbetreffende activiteit toestond, zodat het bevoegd gezag een ingediende aanvraag moest vergunnen. In dat geval rechtvaardigt de rechtszekerheid van de aanvrager van de vergunning de in deze jurisprudentie gemaakte uitzondering. Als een binnenplanse afwijking van het bestemmingsplan moet worden verleend, geldt de hoofdregel.
Voor meer informatie over deze uitspraak kunt u contact opnemen met Janike.