De vragen of voor de uitvoering van het bestemmingsplan een vrijstelling geldt dan wel een ontheffing op grond van de Flora- en faunawet nodig is en zo ja, of deze ontheffing kan worden verleend, komen in beginsel pas aan de orde in een procedure op grond van de Ffw. Dat doet er niet aan af dat – zo luidt vaste rechtspraak van de Afdeling – de gemeenteraad het plan niet heeft kunnen vaststellen, indien en voor zover hij op voorhand in redelijkheid had moeten inzien dat de Ffw aan de uitvoerbaarheid van het plan in de weg staat. Op 26 november jl. heeft de Afdeling deze lijn wederom bevestigd (AbRvS 26 november 2014, 201306719/1). Uit de “Quick scan flora en fauna; Drechthoek 2 te Leimuiden; Gemeente Kaag en Braassem” van 28 april 2011 volgt dat er nog nader onderzoek dient te worden gedaan en dat dan pas kan worden bepaald wat de procedurele gevolgen in het kader van de Ffw zijn, aldus de quickscan. Nu de gemeenteraad heeft nagelaten nader onderzoek te doen is niet uit te sluiten aldus de Afdeling dat dat de Ffw aan de uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan in de weg staat.
Voor meer informatie over deze uitspraak kunt u contact opnemen met Eelco.