Skip to main content

Enkel functiewijziging, toch nieuwe stedelijke ontwikkeling

22 januari 2021

AbRvS 20 januari 2021, ECLI:NL:RVS:2021:93, vormt een voorbeeld waarin een nieuw bestemmingsplan zonder nieuw planologisch ruimtebeslag toch geoordeeld wordt te voorzien in een nieuwe stedelijke ontwikkeling in de zin van artikel 3.1.6 lid 2 Bro (en i.c. in de zin van de op dezelfde manier uit te leggen bepaling uit de Verordening ruimte 2014 van de provincie Zuid-Holland). Enkel een functiewijziging zonder nieuw ruimtebeslag vormt in het algemeen geen nieuwe stedelijke ontwikkeling.

Van dat algemene uitgangspunt wordt afgeweken indien de planologische functiewijziging een zodanige aard en omvang heeft dat desalniettemin sprake is van een nieuwe stedelijke ontwikkeling (uitspraak van 20 april 2016, ECLI:NL:RVS:2016:1075 (Amersfoort)). Hierbij komt betekenis toe aan de ruimtelijke uitstraling van de in het nieuwe plan voorziene functie en die van hetgeen onder het vorige plan mogelijk was (uitspraak van 1 juni 2016, ECLI:NL:RVS:2016:1503 (Zundert)).

In het concrete geval bleef het maximaal te bebouwen (grond)oppervlak in bestemmingsplan Rijzenburgseweg 1 Sommelsdijk van de raad van Goeree-Overflakkee gelijk, maar op meer plekken binnen het plangebied konden gebouwen worden gebouwd die anders dan eerder geheel konden worden gebruikt voor o.a. de vestiging en exploitatie van een bouw- een aannemersbedrijf. GS Zuid-Holland hadden dit dus terecht als nieuwe stedelijke ontwikkeling bestempeld en konden daarom vanwege strijd met de Verordening ruimte 2014 een reactieve aanwijzing geven.

Voor meer informatie over deze uitspraak kunt u contact opnemen met Rob