In de interessante uitspraak van de AbRvS van 24 december 2014, nr. 201402620/1/A1, komt de vraag aan de orde wat onder een bijbehorend bouwwerk als bedoeld in artikel 4 aanhef en eerste lid, aanhef en onder b en de artikel 4 derde en vierde lid Bijlage II Bor moet worden verstaan.
Volgens appellanten is van een bijbehorend bouwwerk alleen sprake indien het bouwplan betrekking heeft op een bestaand gebouw en niet op een nieuw te bouwen bouwwerk (in dit geval een recreatiewoning in de gemeente Schagen). De Afdeling stelt dat die uitleg te beperkt is en verwijst naar een uitspraak van de Voorzitter van de Afdeling van 18 juli 2014, nr. 201404190/1 en 2/A1. In deze uitspraak is bepaald dat voor het oprichten van een nieuwe woning een omgevingsvergunning kan worden verleend, waarbij voor het gedeelte van het bouwplan dat in strijd is met het bestemmingsplan een afwijking van het bestemmingsplan wordt verleend. De Afdeling vervolgt dat de delen van de recreatiewoning die in strijd zijn met het bestemmingsplan, in dit geval de oppervlakte van de woning, de bouwhoogte, de dakhelling en de hoogte van de trap zijn te zien als een uitbreiding van een hoofdgebouw als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van Bijlage II bij het Bor.
Voor meer informatie over deze uitspraak kunt u contact opnemen met Janike.