13 maart 2020
Er wordt veelvuldig geprocedeerd over ORAC’s, ondergrondse restafvalcontainers. In Breda wordt in AbRvS 11 maart 2020 (ECLI:NL:RVS:2020:730) geprocedeerd over een vergelijkbare kwestie, namelijk over een Aanwijzingsbesluit locaties inzamelmiddelen Breda. Een appellante betoogt dat een bepaalde locatie waar inzamelmiddelen voor huishoudelijk afval, containers, ter inzameling mogen worden aangeboden, niet geschikt is, omdat haar woning daardoor minder waard is geworden, zij stankoverlast ondervindt doordat de containers niet op tijd weer worden weggehaald, en de parkeerplaats voor haar woning op inzameldagen niet gebruikt kan worden omdat de containers dan te dicht bij de auto worden geplaatst.
Appellante betoogt ook dat een alternatieve locatie beter is. De Afdeling overweegt hier, in navolging van eerdere uitspraken (o.a. ECLI:NL:RVS:2019:2809, die zij zelf noemt, maar onzes inziens bijv. ook al ECLI:NL:RVS:2018:2506), dat een alternatieve locatie zodanig geschikter moet zijn dan de aangewezen locatie dat geoordeeld moet worden dat het college niet in redelijkheid heeft kunnen kiezen voor die locatie, maar had moeten kiezen voor de alternatieve locatie.
Uiteindelijk blijft hier na een marginale toetsing van de afwegingen van B&W Breda de locatiekeus overeind.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Rob